Meskerem Mees over samenwerken met Anne Teresa De Keersmaeker en haar aankomende residentie voor Stories Unfold in het Rubenskasteel
18/07/2023
Na een periode met veel optredens voor haar debuutalbum ‘Julius’ en opvolg ep ‘Caesar’ Was het voor Meskerem Mees tijd voor iets nieuw. Na een goed gesprek met huisgemaakte soep besloot ze muziek te leveren en te dansen in Rosas van Anne Teresa De Keersmaeker.
“Via mijn management had ik gehoord dat Anne Teresa heel graag mijn stem wou gebruiken in haar voorstelling en dat ze graag eens wou bellen met mij. Dus daar maakte ik graag tijd voor vrij aangezien zij toch echt een icoon is in de Belgische kunstgeschiedenis. Er zijn er weinig in België die zo’n internationale naam hebben als haar dus ik was benieuwd en wou eens horen wat zij te vertellen had. In het eerste telefoongesprek vertelde ze dat ze een nieuwe voorstelling aan het maken was en dat ze heel graag mijn stem wou gebruiken daarvoor. In het begin ging het dus heel specifiek over mijn stem. Ik vond dat wel interessant klinken, maar wou haar toch ook graag eerst eens ontmoeten om de details te bespreken.”
“Ze heeft mij dan uitgenodigd bij haar thuis waar ze soep heeft gemaakt voor mij en dan zijn we naar de paarden in haar tuin gaan kijken. Ik vond haar meteen een boeiend persoon, maar ook iemand met wie ik graag zou samenwerken. Het gevoel zat dus zeker goed. Het klonk voor mij als een cool project waar ik graag tijd voor vrijmaakte. Ik geraak nogal snel verveeld als ik vaak hetzelfde moet doen en dan gaat de ziel er een beetje uit voor mij. Zeker als je gevoelige, emotionele en persoonlijke muziek brengt is dat iets moeilijk. Ik zat dus ook echt te wachten op iets nieuw. In de voorstelling mag ik naast de muziek voorzien ook meedansen, wat fantastisch is, en waar ik heel dankbaar voor ben. Ze liet mij volledig vrij om te doen wat ik wou doen en om na te denken over mijn stuk zodat ik me elke keer kan verbeteren. Ik ben dus heel tevreden over het stuk en de samenwerking.”
Ik merk dat ik steeds beter begin te begrijpen wat er precies belangrijk is en hoe je naar zo’n voorstelling moet kijken
“Het is enorm fijn om te dansen, dat is ook de grootste reden waarom ik heb toegestemd. Ik had totaal geen voorkennis over moderne dans. Voor mij was dat in het begin iets zeer abstract, iets wat ik helemaal niet kon plaatsen. Sowieso heb ik het persoonlijk altijd al wat moeilijker gehad met dingen die heel abstract zijn, zelfs in de muziek. Doorheen de jaren is dat begrip er wel meer gekomen. Zo is het belangrijk in de muziek om te weten hoe je moet luisteren en in de dans heeft het dan te maken met hoe je kijkt naar iets. Voor mij is het belangrijk om te weten hoe je iets moet interpreteren en die tools of dat referentiekader had ik in het begin helemaal nog niet. Toen we begonnen met repeteren had Anne Teresa mij uitgenodigd om enkele voorstellingen te komen bekijken om meer een beeld te hebben van haar werk. Ik heb de Mystery Sonatas dan gezien en ik snapte er in het begin helemaal niks van (lacht). Waarom gebeurt dit, waarom gaat die arm omhoog op dat moment en wat gebeurt daar? Doordat ik die manier van kijken nog niet had, had ik steeds het gevoel dat ik iets belangrijk miste en dat zorgde voor frustraties omdat je je dan niet betrokken voelt. Daarom ben ik enorm dankbaar dat ik heb mogen deelnemen aan de voorstelling. Ik merk dat ik steeds beter begin te begrijpen wat er precies belangrijk is en hoe je naar zo’n voorstelling moet kijken. Het is een leuke manier om mijn creatieve vaardigheden te ontwikkelen.”
Het verschil tussen nummers maken voor een voorstelling en nummers maken voor een album.
“In mijn eigen creatieproces ben ik heel impulsief en kan ik niets forceren. Ik kan dus niet in een ruimte gaan zitten en dan wachten tot er iets komt. Als je jezelf verplicht om in een week zoveel nummers te schrijven en daar dan uit te filteren lukt het niet voor mij. Ik werk echt vanuit een nood of een drang voelen om iets uit te drukken of het gevoel hebben dat ik iets moet vertellen. Er gebeurt altijd wel iets in een mensenleven en je maakt altijd wel dingen mee.”
“Daarom was het fijn dat ik voor de voorstelling samen kon werken met Carlos die gitaar speelt in het stuk. Het gaf me rust dat ik niet alleen zat met de druk en dat ik kon samenwerken met iemand die een heel ander muziekkader heeft dan ik met andere nummers die hij op een eigen manier benaderd. Van zodra we dan een narratief hadden of een beeld van hoe de voorstelling ging zijn en hoeveel nummers we nodig gingen hebben, konden we aan de slag gaan. Dan werd het een kwestie van dingen uitproberen en melodieën aan tekst koppelen. Aan het einde van de dag speelden we dan de nummers voor iedereen en zagen we aan de reactie wat werkte en wat niet. Als het goed was, hadden we een nieuw nummer voor de voorstelling zo niet dan was het eens een minder productieve dag. Soms lukte het ook eens niet, maar over het algemeen is de samenwerking heel vlot en soepel verlopen.”
Optreden en residentie voor het Stories Unfoldfestival in het Rubenskasteel in Zemst.
“Ik ben heel hard een romanticus en zoek graag dingen uit het verleden op. Als grote kasteelfreak ben ik superblij dat ik dit heb mogen ontdekken en hier heb kunnen optreden. Ik wil zeker niets afdoen van de mensen die het podium buiten hebben gemaakt, maar als het van mij had afgehangen had het concert in het kasteel mogen doorgaan zodat je het nog meer voelde. Je hoort het, ik ben nu eenmaal zot van kastelen (lacht). Daarom kijk ik er ook enorm naar uit om in oktober terug te komen naar hier en een residentie te komen doen.”
“Wanneer ik terugkom in oktober wil ik hier graag wat proberen werken aan het boek dat ik al een tijdje wil schrijven. Ik heb al allerlei dingen geprobeerd en heb mezelf ook al verplicht om bijvoorbeeld elke maandag een uur te schrijven in de middag achter de computer. Dat bleek totaal niet te werken. Wat voor mij wel werkte was schrijven wanneer ik begin dit jaar veel moest pendelen voor de repetities van Rosas. In het uur dat ik tussen Gent en Brussel onderweg was ontdekte ik dat ik treinritten enorm leuk zijn zodra ze langer dan een half uur duren. Je kan dan echt verdwalen in het reizen en naar buiten kijken.”
Ik had mezelf gedwongen om telkens ik een gedachte of een idee had om dat op te schrijven zodat het niet zou vervliegen
“Ik heb dan de gewoonte gekweekt om nooit een balpen mee te nemen zodat ik altijd iemand moest aanspreken. Door die korte interacties konden dan verhalen ontstaan en dat zette mijn hoofd in gang. Ik had een boekje volgeschreven met korte anekdotes vanop die treinritten doordat ik zoveel pendelde in die periode. Ik had mezelf gedwongen om telkens ik een gedachte of een idee had om dat op te schrijven zodat het niet zou vervliegen. Dat is echt een gewoonte die je jezelf moet aanleren. Natuurlijk ben ik dan mijn boekje kwijtgeraakt waardoor ik helemaal opnieuw moest beginnen (lacht). Ik ben dan opnieuw begonnen omdat het gewoon leuk is om te kunnen schrijven zonder dat je de druk ervaart dat het ergens naartoe moet gaan. Toen ik in het begin aan mijn bureau probeerde te schrijven over wat er in mijn dag gebeurde of hoe ik omging met wat er gebeurde, kwam ik al snel aan een pagina per interactie en probeerde ik dat dan ‘s avonds aan elkaar te kleven, maar dat lukte totaal niet. Het voelde meer als een opgave aan dan schrijven op de trein waar ik gewoon intuïtief te werk kon gaan over wat ik zag.”
“In de dagen dat ik hier ga zijn in oktober ben ik van plan om te gaan puzzelen met de anekdotes die ik al heb. Ik denk dat het boek een verzameling gaat zijn van korte stukken die op zichzelf staan en wanneer ik hier mijn residentie ga doen, wil ik ze allemaal per thema beginnen rangschikken. Deze stukjes gaan over de trein, deze vallen onder ideeën die ik heb en weer andere gaan dan over gesprekken die ik heb of die andere mensen met elkaar hebben. Ik kwam vaak in Brussel Zuid in die periode en ik zag daar dat the sky the limit is van wat er kan gebeuren (lacht).”
“In oktober gaan er ook allerlei kunstwetenschappers aan het werk zijn in het kasteel en daar ga ik gretig gebruik van maken om eens een rondleiding te vragen door het kasteel (lacht). Ik heb zelf een gezellige kamer met een grote schouw mogen uitkiezen om hier in die periode te overnachten. Daar ga ik dan een zetelbed in zetten en dan neem ik mijn computer mee en mijn gitaar zodat ik hier ook wat nummers kan schrijven als ik geïnspireerd ben door de locatie. Gelukkig mag ik ook iemand meenemen om bij mij te blijven zodat ik hier niet alleen moet zijn ‘s nachts. Zo kan ik een beetje de engheid om alleen in zo’n groot kasteel te verblijven tegengaan (lacht). “
Visie ontwikkelen als artiest en toch trouw blijven aan intuïtie.
“Ik ben niet iemand die heel haar leven ernaar toe gewerkt om muzikant te worden en daar een gericht idee of plan voor had. We hebben er eens over nagedacht om merchandise te verkopen, maar ik wist echt niet wat ik erop moest zetten. Wat is mijn product eigenlijk? Heel mijn ding is net dat ik geen ding heb dus ik vond dat dan ook moeilijk om als product te verkopen. Dat komt allemaal voort uit het feit dat ik geen plan heb. Ik ben een mens en elke dag kleed ik mij anders, gedraag ik mij anders en denk ik anders na over dingen. Van de ene dag op de andere zei iemand dat ze mijn muziek mooi vonden en kon ik een plaat maken. Ze lieten mij kiezen uit twee producers met wie ik kon samenwerken en heb dan gekozen voor diegene met de beste mopjes (lacht). Ik bedoel maar dat ik veel geluk gehad heb dat ik een goede intuïtie en mensenkennis heb. Daardoor heb ik mij kunnen omringen met lieve en leuke mensen die net als ik een mooi eindresultaat willen neerzetten.”
Ik begin meer na te denken over wat het project Meskerem Mees is naast de persoon die ik ben
“Door veel te spelen, te touren en met muzikanten samen te werken of nieuwe muziek te ontdekken, merk ik wel dat ik langzaam een andere relatie begin te hebben met het werk in vergelijking met vroeger. Geleidelijk aan leer je wel waarom de ene mix beter is dan de andere of waarom een bepaald nummer wel of niet werkt in een geheel. Ik begin meer na te denken over wat het project Meskerem Mees is naast de persoon die ik ben. Dat komt onder andere door Rosas en door de band die ik onlangs heb opgericht. Ik ben niet bang om dat project even aan de kant te zetten en nieuwe dingen te doen zoals dat boek of de kortfilm die ik wil maken. Het is leuk om te denken over het moment dat ik gevraagd ga worden om heel uiteenlopende projecten te doen en niet enkel om muziek te spelen. Dat is wat ik wil doen. Die gevoelsmatige manier van werken hoeft zich niet uitsluitend in nummers uit te drukken. Ik hoop dat ik daar nog kansen voor krijg om verder te groeien. Door gewoon voor iets gevraagd te worden, ja te zeggen en dan iets te leren aard ik het beste. Nu denk ik wel dat ik zou liegen moest ik zeggen dat ik ooit een praktisch persoon zou worden dus ik denk dat dat intuïtieve altijd aanwezig zal zijn.”
“Doorheen het proces dat mijn carrière tot nu toe al geweest is leer ik dat ik het vervelend vind als mensen het idee krijgen dat ze volledig begrijpen wie ik ben. Ik wil niet weggezet worden als Meskerem Mees die ene die wat gitaar speelt en stille liedjes zingt. Zo wil ik niet dat ze mij definiëren. Daarmee dat de dingen die ik nu doe al een soort tegenreactie zijn daarop. Dat zal volgens mij ook wel de drijfveer zijn voor wat er nog gaat komen. Hoewel het dus in de toekomst anders zal zijn, zal het natuurlijk ook wel herkenbaar blijven als iets van mij. Dat vind ik persoonlijk nu ook al in de nummers die we voor Rosas maakten. Die zijn vaak al wat meer bluesy, maar toch zit er telkens ergens wat folk in. De mensen uit mijn omgeving herkennen ze ook nog steeds als Meskerem nummers. Die continuïteit vind ik niet onbelangrijk.”
“Er zijn dus veel verschillende scenario’s die mogelijk zijn. Voor mij is het vooral belangrijk dat ik vrij ben en dat er niemand in mijn nek zit te hijgen om nog iets uit te brengen. Dat gevoel heb ik nu niet, ik ervaar nu geen druk van mijzelf, het management of het label. Dat is een mooie en zeldzame positie om in te zitten besef ik. Dat gaat ook alleen maar omdat die eerste plaat het zo goed ontvangen is. Wat je ook totaal niet in de hand hebt.”
“Los daarvan heb ik ook heel hard gewerkt. Ik durf dat zelf niet altijd toe te geven. Tijdens de pandemie heb ik de hele tijd kunnen touren omdat wij met zo’n kleine bezetting spelen en het publiek makkelijk op afstand van elkaar kan zitten. Het was echt een luxepositie waar we toen in zaten dus hebben we keihard gewerkt en kan ik het mij nu wel gunnen om iets anders te doen. Misschien zou ik eerder moeten rusten, maar iets anders is ook goed (lacht).”
Nummers levendig houden voor jezelf.
“Het beste wat je daaraan kan doen is om een tijdje in iets anders te zitten zoals Rosas waarin ik toch enkele maanden heb meegedraaid. Dat is zo fijn omdat al die nummers toch een soort van documentatie zijn van de momenten waarop ze geschreven zijn of wat eraan voorafging. Dus als je constant diezelfde momenten herbeleeft, hebben die op de duur geen waarde meer en wordt het toch moeilijker om ze realistisch te brengen. Als je dan eens een lange pauze hebt gehad dan vind ik het zo fijn om de nummers opnieuw te repeteren, want dat is dan soms wel nodig om te repeteren (lacht). Zo krijg je terug het gevoel van, wauw, echt een goed nummer. Dat is zo leuk want op de duur als je een lange tour doet en je voert heel de tijd hetzelfde ding op. Dan gebeurt alles ongeveer op dezelfde manier, een beetje als een ritueel dat zich dan dagelijks herhaalt. Je komt wel op andere plekken in andere landen, maar eigenlijk doe je toch hetzelfde en herbeleef je elke avond opnieuw want die set zit goed en dan ga je daar niet meer aan schuiven. Je kan er wel eens een nieuw nummer in steken, maar na enkele shows is dat ook niet meer nieuw.”
Dan heb je soms het summum van al die positieve ervaringen en speel je op een bepaald moment de beste versie van hetgeen je kan brengen
“Je begin automatisch te vergelijken en dan denk je van jezelf dat het drie shows geleden beter was. Er zijn te veel dingen om het mee te vergelijken. Wat ik ook gemerkt heb is dat een nummer, een album of een optreden een creatieve prestatie is en als je die herhaalt zijn er heel veel factoren die je niet in de hand hebt. Zoals waar het is, hoeveel mensen er zijn, of ze luisteren of niet, hoe het geluid en de infrastructuur in elkaar zitten. Als al die dingen samen op een goed niveau zitten en je voelt jezelf heel goed die dag, je gitaar is uitzonderlijk goed gestemd of klinkt uitzonderlijk mooi in de ruimte waar je speelt. Dan heb je soms het summum van al die positieve ervaringen en speel je op een bepaald moment de beste versie van hetgeen je kan brengen. Alles wat daarachter komt is gewoon een minder goede versie van dat ene heel goede moment waar je het gevoel hebt dat dat de exacte manier is hoe ik het wou zeggen of bereiken met dat idee. Dan heb je het gevoel dat je gezegd hebt wat je wou zeggen, maar dan moet je dat gewoon opnieuw blijven doen en dat is soms wat lastig. Soms wordt die routine dan wat vanzelfsprekend hoewel het dat zeker niet is.”
“Voor mij werkt het eigenlijk het beste zoals het nu de afgelopen maanden is gegaan waarbij ik optreed tussen de andere projecten waar ik aan meedoe. Zo kan je optredens veel beter naar waarde schatten dan in periodes waar het allemaal aan elkaar gebreid is. Want dan voel je je soms als in 9 to 5 job en dat is denk ik iets waar alle creatieve mensen allergisch aan zijn. Dat routine gevoel valt dus best wat te vermijden.”